Kantoorgebouw Van Oers

Het bouwperceel ligt op een prominente hoek van het Rithmeesterpark in Breda. Het gebied is vooral een bedrijventerrein, met geasfalteerde wegen omgeven door niet onderhouden groen. De kwaliteit van de plek zit niet op de grond, maar in de hoogte. Het kantoorgebouw zetten wij daarom op een ‘voetstuk’, zodat er altijd een mooi uitzicht is over de omgeving.

Voor de grote parkeerbehoefte was een aanzienlijk bouwvolume nodig. Door het parkeren zo veel mogelijk ‘plat’ uit te spreiden, zijn er minder verticale verkeerselementen nodig voor auto’s. Het compacte kantoorvolume bovenop die parkeerfunctie geeft als een licht en open paviljoen uitzicht over de omgeving. Dankzij een groen talud rondom de gehele begane grond lijkt de publiekshal op de grond te staan.

De volgende stap was de klantreis. Wat moeten bezoekers ervaren? Wat is een logische schakering van programmaonderdelen? Wat voor ruimten horen daarbij en hoe is de sfeer in die ruimten? We noemen dit ‘een rondje Van Oers’.

Via het talud met trappen betreden we het gebouw. Direct in het hart vinden we de centrale publiekshal. Daar start een doordachte route die ontmoeting stimuleert en gebruikers op een natuurlijke manier door het gebouw leidt. In één rondgaande beweging; een opwaartse spiraal. Bijna boven treffen we een prachtige patio, met daarin een boom en uitzicht op de groene kruin. Deze aantrekkelijke route nodigt uit om de trap te nemen in plaats van de lift.

Bezoekers en medewerkers komen langs informele ontmoetingsplekken, het werklunchcafé, het vergadercentrum en ‘Bij Harrie’: een sfeervolle ruimte met een knipoog naar de oorsprong van Van Oers. Ook zijn er huiskamers, pantry’s, vergaderruimten en informele overlegplekken. De werkplekken zijn slim gesitueerd: dynamische functies bevinden zich rondom trappen en ontmoetingszones. Verder van de route liggen rustige werkplekken voor privacy.

Vroeger was de locatie een economisch belangrijk gebied waar turf werd gestoken. De gelaagdheid van de turf, het ambacht van turfsteken en de waterstroom vormden aanleidingen om een diversiteit en specificiteit te geven aan het interieur. Natuurlijke materialen en producten hebben over het algemeen een zachtheid in kleuren en opbouw in structuren. Die geven het gebouw levendigheid en een ‘ziel’.

De stevige basis, met de voeten in de klei, heeft een meer robuust karakter. Het heeft een wat statiger karakter en de accenten zijn in kleurtoon wat meer aangezet dan in de rest van het gebouw. De tussenlaag heeft een meer licht en fris karakter. Hier liggen de overleg- en vergaderfuncties en het werklunchcafé. De setting van het gebied krijgt door de lichtere houtsoorten een vriendelijk en toegankelijk karakter. Zicht op de kruinen van de bomen vormt een kwaliteit en bewezen stressverlager in de werkomgeving. Veel daglicht en maximaal gebruik van trappen voor een verticale verbinding zijn voor ons het uitgangspunt. ok ontwerpen we niet te veel werkplekken bij elkaar; geen kantoortuin, maar secties van maximaal acht werkplekken afwisselend met gesloten ruimten.